Cornelis Hanecop

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Cornelis Hanecop (ook: Hanecopius) (Breda, 17 december 1577Amsterdam 15 juli 1655) was een Nederlands predikant.

Hanecop studeerde theologie te Leiden, in 1607 werd hij predikant te Molenaarsgraaf en Brandwijk, in 1610 te Sprang en Besoyen, in 1613 enkel te Sprang, in 1615 te Heusden en in 1616 te Breda. Toen deze stad in 1625 door Ambrogio Spinola was ingenomen vluchtte hij naar Amsterdam, waar hij hetzelfde jaar nog beroepen werd.

Daar speelde de strijd tussen remonstranten en contra-remonstranten, en deze strijd had uiteraard een politieke dimensie. Hoewel Hanecop rechtzinnig in de leer was, verdedigde hij niettemin de remonstranten daar waar ze onrechtvaardig behandeld werden. Aldus werd hij al spoedig fel tegengewerkt. Op 10 november 1627 nam hij om gezondheidsredenen zijn ontslag. Lastercampagnes hebben hem tot deze beslissing gebracht.

Bibliografie[bewerken | brontekst bewerken]

Postuum werd van hem, door zijn zoon Cornelius Hanecop, te Amsterdam uitgegeven in 1658: De Schriftuerlycke Leytsterre ter Zalicheyt.

De Amsterdamse kerkenraad schreef een tegen hem gericht schotschrift, te weten: Openinge van de bedriegelyckheden van Hanecop's schriften die van synentwege uitgestroyd zyn, sedert het laatste van Dec. 1626.

De lotgevallen van Hanecop werden vereeuwigd in Vondels hekeldicht: Rommelpot van 't Hane-kot (1627).

Externe link[bewerken | brontekst bewerken]