Engelbert George Ardesch
E.G. Ardesch | ||||
---|---|---|---|---|
Algemeen | ||||
Volledige naam | Engelbert Georg Ardesch | |||
Geboren | Harderwijk, 1769 | |||
Overleden | Nijkerk, 18 april 1849 | |||
Functies | ||||
1810-1849 | Burgemeester van Nijkerk | |||
|
mr. Engelbert George Ardesch (Harderwijk, 1769 - Nijkerk, 18 april 1849) was notaris, gouverneur van Gelderland en burgemeester van Nijkerk van 1811 tot 1849.
Engelbert was de zoon van Pelgrom Ardesch en Charlotte van Erckelen. Op 8 augustus 1800 huwde hij in Amersfoort met Evertje Hoedemaker, geboren op het eiland Vlieland.
Notaris Ardesch werd in 1810 benoemd als maire en in 1815 tot burgemeester van Nijkerk.[1] Namens Elburg was hij van 3 maart 1795 tot 1 december 1795 statenlid (Provisionele Representanten) van het Kwartier van Veluwe. Op 1 december 1814 werd hij benoemd als lid van Provinciale Staten van Gelderland voor de periode van 30 juni tot 1815 tot het jaar 1847. Ardesch was afgevaardigde namens de stedelijke stand van Nijkerk.
In 1844 werd Ardesch onderscheiden in de Orde van de Nederlandse Leeuw.[2] Ardesch was burgemeester tot januari 1849. In april van dat jaar overleed hij op tachtigjarige leeftijd. Hij werd begraven in de Grote Kerk van Nijkerk, recht voor de preekstoel.
In 1930 kreeg Nijkerk de Ardeschstraat, vernoemd naar haar eerste burgemeester.[3] De straat ligt in een vooroorlogse uitbreidingswijk achter het stadhuis, waar straten vernoemd zijn naar bestuurders uit de geschiedenis van Nijkerk.
Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]
Voorganger: geen |
Burgemeester van Nijkerk 1811-1849 |
Opvolger: A. Marcus |
|