Naar inhoud springen

Gebruiker:Loesdm/Plantentuin

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

De Plantentuin van de Universiteit Gent is de plantentuin of hortus botanicus van de Universiteit Gent en bevindt zich naast het Ledeganck-complex, aan de rand van het Citadelpark in Gent. De plantentuin is aangesloten bij Botanic Gardens Conservation International, een non-profitorganisatie die botanische tuinen samen wil brengen in een wereldwijd samenwerkend netwerk om te komen tot het behoud van de biodiversiteit van planten.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

De Plantentuin werd in 1797 opgericht onder het bewind van Napoleon als deel van een ‘Ecole centrale’. Deze school was ondergebracht in de Baudeloo-abdij met Bernard Coppens als de eerste directeur. Na de Franse periode in 1804, werd de plantentuin overgedragen aan de stad Gent. Zij stonden in voor het onderhoud en beheer van de tuin. In 1817 werd de Gentse Universiteit door Willem I opgericht. Een jaar later werd een overeenkomst gesloten met het stadsbestuur waarin de universiteit het vruchtgebruik kreeg over de plantentuin. Aanhoudende discussies tussen de universiteit en het stadsbestuur over wie instond voor het onderhoud van de tuin hielden de nodige herstellingswerken aan de gebouwen tegen. Bovendien werd de tuin te klein en tastte het roet van de omliggende fabrieken de plantcollectie aan. De nood aan zelfbestuur en een nieuwe locatie voor de plantentuin groeide bij de universiteit. In 1903 verhuisde de plantentuin naar een stuk grond gelegen aan het Citadelpark. Tijdens de jaren ’30 werden een reeks nieuwe serres gebouwd. Met de fondsen van Marshallplan werd een rotstuin ingericht. Tien jaar later startte de bouw van het Ledeganck-complex die vandaag typerend is voor het uitzicht van de tuin.

Collectie[bewerken | brontekst bewerken]

De Plantentuin beheert een biodiversiteitscollectie van ongeveer 10000 plantensoorten. Hiertoe behoren, naast de levende collecties zowel buiten als in broeikassen, een uitgebreide zaadbank, een wetenschappelijk herbarium en vier historische herbaria uit de 19de eeuw. De levende collectie bestaat uit een arboretum, een mediterrane afdeling, een systematisch gedeelte en een rotstuin. De kassen bestaan uit de Victoriakas met onder andere Victoria amazonica, Euryale ferox en Victoria cruziana, een tropische en subtropische kas en een succulentenkas. De tuin en de publiekskassen (Victoriakas, tropische kas en subtropische kas) zijn dagelijks gratis toegankelijk.