Naar inhoud springen

Gebruiker:REGIW/Kladblok

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Geschiedenis van de psychologie[bewerken | brontekst bewerken]

Historiografie[bewerken | brontekst bewerken]

De geschiedenis van psychologie als discipline begint in de tweede helft van de 19e eeuw.[1] Traditionele geschiedenisboeken verbonden de geschiedenis van psychologie met de geschiedenis van filosofie, voornamelijk die van de geest. Sinds de jaren 70 van de 20e eeuw ontstond een nieuwe stroming binnen geschiedschrijving van psychologie die deze continuïteit van onderwerpen van en denken over de psychologie bekritiseerde. Er kwam meer aandacht voor de sociale context waarin psychologie opkwam en opereerde, waarbij de geschiedenis niet meer werd gezien als een opeenvolging van theorieën en historische figuren.[2]

Aristoteles bijvoorbeeld de eerste psycholoog noemen is daardoor problematisch omdat psychologie als kennisdomein gewoonweg nog niet bestond en de filosofische ideeën over mensen fundamenteel anders waren.[3][4] Deze beweging kwam tot stand door de verdere professionalisering van de geschiedenis van de psychologie als subdiscipline en door ontwikkelingen binnen geschiedenis en filosofie van de wetenschap.[5] Er werd met een kritische blik naar de geschiedenis gekeken waarbij een universeel karakter van wat psychologie is niet zomaar werd aangenomen.[3][6] Daardoor kwam er een focus te liggen op het multidisciplinaire karakter van psychologie die een trend op gang zette van geschiedschrijving over specifieke psychologische termen subdisciplines en sociale contexten. De geschiedenis van de psychologie vanuit verschillende intellectuele en demografische contexten benaderen is belangrijk omdat er niet vanuit kan worden gegaan dat er één ontstaansgeschiedenis is.[3][7]

Ontstaanscontext[bewerken | brontekst bewerken]

Psychologie als wetenschappelijke en zelfstandige discipline kwam op in de late 19e eeuw, maar dit ontstond niet zomaar. Verschillende contexten in filosofie, fysiologie, psychiatrie en bijvoorbeeld biologie hebben er toe bijgedragen dat er een nieuwe discipline werd gevormd. Deze contexten verschilden per regio. Waar bijvoorbeeld in Groot-Brittannië evolutie een belangrijke invloed had waren in Frankrijk de ideeën uit de psychiatrie belangrijk en in Duitsland die uit de experimentele fysiologie.[7]

Filosofie[bewerken | brontekst bewerken]

De term psychologie is afkomstige uit de 16e eeuw, maar had een andere betekenis dan nu. Psychologie stond voor de menselijke ziel beschreven volgens de gangbare Middeleeuws Christelijke filosofie.[8][9] Psychologie als de studie van de geest werd populair door het werk van van de filosoof Christian Wolff.[10] Rond die periode kwam er binnen de filosofie een discussie opgang of er een wetenschap van de geest kon bestaan. Kant beargumenteerde dat een empirische psychologie niet op het zelfde niveau kon staan als andere wetenschappen omdat mentale processen niet gekwantificeerd kunnen worden.[11] Of psychologie een wetenschappelijke discipline kon zijn werd toen een discussie over methode. Herbart heeft hier een belangrijke invloed opgehad door te beargumenteren dat mentale processen in theorie wiskundig benaderd konden worden.[10]

Evolutie[bewerken | brontekst bewerken]

Door mensen binnen de evolutie te plaatsen werd het mogelijk om het gedrag van mensen met andere dieren te vergelijken. Ook kwam er interesse voor individuele verschillen in denken en gedrag tussen verschillende groepen mensen.[12][13] Daarnaast werd onderzoek naar genetische processen en de link met gedrag populair, bijvoorbeeld voor crimineel gedrag of alcoholisme.[12] Onder andere Francis Galton's onderzoek naar individuele verschillen en zijn statische methode had een grote invloed hierop.[12] Met zijn onderzoek maakte hij ook het controversiële idee van eugenetica populair, dat tot in de eerste helft van de 20e eeuw ook op grote schaal werd toegepast.[14][15] Deze trends hadden een grote invloed op de vorming van de psychologie en waren voorlopers van de latere ontwikkelingspsychologie en differentiële psychologie.[13]

Fysiologie[bewerken | brontekst bewerken]

Fysiologie als experimenteel veld kwam op in de 19e eeuw in Frankrijk.[11] Fysiologen gingen nadruk leggen op het onderzoeken van lichaamsprocessen in plaats van de functies van specifieke organen. Hierdoor werd het experiment de belangrijkste manier van onderzoek doen. Onder andere onderzoek naar zintuigelijke waarneming werd populair. Belangrijke figuren in deze traditie waren Weber, Fechner, en Helmholtz.[12] Fechner bouwde voort op onderzoek van Weber naar verschillen in de intensiteit van prikkels en formuleerde de Fechner-Weber wet. Fechner noemde dit onderzoek psychofysica.[10] Helmholtz deed onderzoek naar optiek en probeerde de snelheid van signalen in het zenuwstelsel te meten.[16] Ook de Nederlandse fysioloog Donders had met zijn onderzoek naar reactietijd voor het meten van de snelheid van mentale processen een belangrijke invloed op later psychologisch onderzoek.[10]

Vorming van de discipline[bewerken | brontekst bewerken]

Institutionalisering en professionalisering zijn belangrijk om psychologie als autonome expertise en de psycholoog als individueel expert te erkennen.[17] Erkenning van psychologie als een aparte professie is belangrijk voor haar institutionalisering.[18] Het oprichten van onderzoeksinstituten en verenigingen, opleidingen en de mogelijkheid om af te studeren en een plaats in de samenleving dragen hier aan bij. Belangrijke processen binnen de professionalisering van een beroep zijn bijvoorbeeld, de duur van de opleiding, de mate van specialisatie, regulatie van de beroepsgroep en gedragscodes.[19]

Duitsland[bewerken | brontekst bewerken]

Door de populariteit van experimentele methodes en de prestige van de Duitse wetenschap investeerden Duitse universiteiten in onderzoekslaboratoriums en onderzoek werd onderdeel van het curriculum voor studenten.[10][11] Ook lag er door hervormingen een nadruk op academische vrijheid en zelf bestuur door universiteiten.[20] Dit was een gunstig klimaat voor Wundt, die in 1975 professor filosofie aan de Universiteit van Leipzig werd, om een psychologisch laboratorium op te richten. Dit deed hij in 1879.[16] Veel van het onderzoek dat in het laboratorium werd gedaan werd gepubliceerd in het door hem opgerichte tijdschrift Philosophische Studien.[16] Zijn lab trok veel belangstelling uit binnen- en buitenland. Studenten namen hun ervaring mee terug waardoor er een process van internationale institutionalisering opgang kwam, zoals bijvoorbeeld het geval was in de Verenigde Staten. Er kwamen snel meer laboratoria van de grond, zoals in Heidelberg, opgericht door de psychiater Kraepelin, en in Göttingen door Georg Elias Müller.[16]

In 1904 werd de Gesellschaft für Experimentelle Psychologie opgericht.[21]

tijdschrift voor Völkerpsychologie

Groot-Brittannië[bewerken | brontekst bewerken]

Frankrijk[bewerken | brontekst bewerken]

De Verenigde Staten[bewerken | brontekst bewerken]

Nederland[bewerken | brontekst bewerken]

Vrouwen binnen de psychologie[bewerken | brontekst bewerken]

Vrouwen zijn binnen de psychologie en haar geschiedenis lang gemarginaliseerd en gediscrimineerd.

De tweedeling van academische en toegepaste psychologie bood een opening voor vrouwen een opening binnen de psychologie waarbij veel vrouwen naam maakten binnen de toegepaste psychologie.

Harvard phd, en ander onderwijs

Referenties[bewerken | brontekst bewerken]

  1. Danziger, K. (2013). Psychology and its history. Theory and Psychology, 23(6), 829–839. https://doi.org/10.1177/0959354313502746
  2. Gergen, K., & Graumann, C. (1996). Psychological discourse in historical context: An introduction. In C. Graumann & K. Gergen (Eds.), Historical Dimensions of Psychological Discourse (pp. 1-14). Cambridge: Cambridge University Press. doi:10.1017/CBO9780511571329.001
  3. a b c Smith, R. (1988). Does the history of psychology have a subject? History of the Human Sciences, 1(2), 147–177. https://doi.org/10.1177/095269518800100201
  4. Brock, A.C. (2014). History of psychology. In Teo, T. (Ed.) Encyclopedia of Critical Psychology. Springer. https://doi.org/10.1007/978-1-4614-5583-7
  5. Rutherford, A. (2014). Historiography. In Teo, T. (Ed.) Encyclopedia of Critical Psychology. Springer. https://doi.org/10.1007/978-1-4614-5583-7
  6. Stam, H.J. (2005). Reconstructing the Subject. In Brock, A.C., Louw, J., van Hoorn, W. (Eds) Rediscovering the History of Psychology. Springer. https://doi.org/10.1007/0-306-48031-X_2
  7. a b Danziger, K. (2006). 11 Universalism and Indigenization in the History of Modern Psychology. In A. Brock (Ed.), Internationalizing the History of Psychology (pp. 208-225). New York University Press. https://doi-org.proxy-ub.rug.nl/10.18574/nyu/9780814739082.003.0015
  8. Lapointe François H. (1973). The origin and evolution of the term "psychology". Rivista Critica Di Storia Della Filosofia, 28(2), 138–160.
  9. Vidal, F. (2011). The sciences of the soul: the early modern origins of psychology. University of Chicago Press.
  10. a b c d e D. K. Freedheim & I. B. Weiner (Eds.). (2003). Handbook of psychology. volume 1 history of psychology. John Wiley & Sons. https://www.uv.mx/rmipe/files/2017/05/Handbook-of-psychology.-History-of-psychology.pdf
  11. a b c Danziger, K. (1990). Historical roots of the psychological laboratory. In Constructing the Subject: Historical Origins of Psychological Research (Cambridge Studies in the History of Psychology, pp. 17-33). Cambridge: Cambridge University Press. doi:10.1017/CBO9780511524059.003
  12. a b c d Richards, G., & Stenner, P. (2023). Putting psychology in its place : critical historical perspectives (Fourth). Routledge. https://doi.org/10.4324/9781003093848
  13. a b Pickren, W. E., & Rutherford, A. (2010). A history of modern psychology in context. Wiley.
  14. Wilson, P. K. (20 September 2022). Eugenics. Brittannica.https://www.britannica.com/science/eugenics-genetics
  15. Roede, M. en Geraedts, J. (29 maart 2017). Eugenetica: wetenschap als excuus. NEMO Kennislink.https://www.nemokennislink.nl/publicaties/eugenetica-wetenschap-als-excuus/
  16. a b c d Gundlach, H. U. K. (2012). Germany, in David B. Baker (Ed.), The Oxford Handbook of the History of Psychology: Global Perspectives. Oxford Library of Psychology https://doi.org/10.1093/oxfordhb/9780195366556.013.0013
  17. Kaid, L. L., & Holtz-Bacha, C. (2008). Professionalization. In Encyclopedia of political communication (Vol. 1, pp. 657-658). SAGE Publications, Inc. https://dx.doi.org/10.4135/9781412953993.n542
  18. Colyvas, J. A., & Powell, W. W. (2006). Roads to institutionalization: the remaking of boundaries between public and private science. Research in Organizational Behavior : An Annual Series of Analytical Essays and Critical Reviews, 27, 305–353. https://doi.org/10.1016/S0191-3085(06)27008-4
  19. Lunt, I. (1999). The professionalization of psychology in europe. European Psychologist, 4(4), 240–247. https://doi.org/10.1027//1016-9040.4.4.240
  20. Walsh, R. T. G., Teo, T., & Baydala, A. (2014). A critical history and philosophy of psychology: diversity of context, thought, and practice. Cambridge University Press.
  21. https://www.dgps.de/die-dgps/geschichte-der-dgps