Gebruiker:TheNk22/Kunstcollectie Schiphol

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Kunstcollectie Schiphol
Dependance Rijksmuseum op Schiphol
Kunstenaars John Körmeling, Niek Kemps, Carel Visser, Tom Claassen, Rob Birza, Marc Ruygrok, Shinkichi Tajiri, Atelier Van Lieshout, Marien Schouten, Jenny Holzer, Dennis Adams, Dale Chihuly, Hugo Kaagman, Stanislaw Lewkowicz, Mario Merz, Daan Roosegaarde, Maarten Baas
Jaar 1953-
Locatie Schiphol
Portaal  Portaalicoon   Kunst & Cultuur

De luchthaven Schiphol bezit een scala aan kunstwerken, welke permanent tentoon worden gesteld in het gebouw en het daaromheen gelegen terrein.[1]

(kleine geschiedenis, doel en aanpassing, controle) Bij de nieuwbouw van Schiphol Plaza in de jaren '90 werden er ook nieuwe kunstwerken geïnstalleerd, zoals (...)

(Dat is veranderd sinds H. Smits in 1993 directeur van Schiphol werd en de nieuwe uitbreiding van de luchthaven vroeg om nieuwe kunstwerken. Smits werd zelf voorzitter van de kunstcommissie en vroeg Wim Crouwel, ontwerper en voormalig directeur van Museum Boijmans Van Beuningen, en Saskia Bos, directeur van de Appel in Amsterdam, om ook in het overleg plaats te nemen.)

https://assets.ctfassets.net/biom0eqyyi6b/GTvGt3TskuISSuGguOOAW/6206e01b5daab5497fa39e075da141a3/Kunst_voor_de_securitycontrole.pdf https://assets.ctfassets.net/biom0eqyyi6b/3YvaLpOOHYA48WGyAYessU/a613ad20dfc13c1baddce9e798da360e/Kunst_achter_de_securitycontrole.pdf

Lijst van kunstwerken[bewerken | brontekst bewerken]

Jaar Omschrijving Kunstenaar Locatie Materiaal Opmerkingen Afbeelding
1930 Mercuriusmonument Polet, Johan Johan Polet Ingang Sheraton Hotel brons
1953 Buste van Albert Plesman Maas, Servaas Servaas Maas Vertrekhal 2 brons
1967 De Zonneruiter Spronken, Arthur Arthur Spronken brons
1967 Roestwolk Volten, André André Volten Lounge 1 Staal
1967 Salami Visser, Carel Carel Visser Aankomstpassage Beton
1969 Metamorphose III Escher, Maurits Cornelis Maurits Cornelis Escher Lounge 4 Muurschildering
1974 Knoop Tajiri, Shinkichi Shinkichi Tajiri Aankomsthal 1 Polyester
1974 Wolk en Waterval Cornelius Rogge Pier F
1974 Four Lines Rickey, George George Rickey Vertrekhal 2 Aluminium
1975 Appel Franse, Kees Kees Franse Aankomsthal 4 hout
1993 Aankomst 3 Lewkowicz, Stanislaw Stanislaw Lewkowicz Aankomsthal 3
1993 I meet you (klompen) Brusse, Mark Mark Brusse Aankomsthal 3
1993 Nice Trip Kaagman, Hugo Hugo Kaagman Paspoortcontrole
1993 Lampen Schouten, Marien Marien Schouten Panoramaterras-west
1993 HAHA HIHI (kroonluchter) Körmeling, John John Körmeling Terminal West? staal, neonbuizen
1993 Vliegende Vis Visser, Carel Carel Visser Vertrekhal 3 aluminium
1995 Coda Adams, Dennis Dennis Adams Schiphol Plaza Exemplaar op Schiphol Plaza werd verwijderd in 2018[2]
1995 SO GO ON Ruygrok, Marc Marc Ruygrok D-pier, verdieping 2
1995 Truisms Holzer, Jenny Jenny Holzer Lichtkrant Moest worden aangepast vanwege teksten over lustmoord.
1995 Douche Warmerdam, Marijke van Marijke van Warmerdam Perron 4, Station Schiphol Airport Video Verwijderd
1996 Niijima Floats Chihuly, Dale Dale Chihuly WTC Glas
1995 Eight Columns in a Row LeWitt, Sol Sol LeWitt Afrit A4
1997 Fibonaccireeks Merz, Mario Mario Merz Schipholgebouw langs afrit van A4 neonlampen
1998 Nevelfontein West 8 Groene Wig Fontein
1999 Schiffe für Schiphol Gerdes, Ludger Ludger Gerdes Hout
1999 Schiphol Skulls Atelier Van Lieshout Verwijderd
2000 Two incredible sitting black snowmen Claassen, Tom Tom Claassen Schiphol Plaza brons
2001 De Vier Jaargetijden Birza, Rob Rob Birza ergens plastic
2006 Jan Dellaert Henneman, Jeroen Jeroen Henneman Schiphol Plaza
2007 Tracing Reality Kwaaitaal, Danielle Danielle Kwaaitaal Tussen Lounge 1 en pier B Foto
2009 Lampenkappen Kaagman, Hugo Hugo Kaagman Holland Boulevard
2016 Wave Hoog, Henriette van 't Henriette van 't Hoog Parkeergarage Aluminium
2016 10.800 Horizons Boon, Samira Samira Boon Holland Boulevard Textiel
2016 Beyond Roosegaarde, Daan Daan Roosegaarde Vertrekhal 3 Foto
2016 Pets Hofman, Florentijn Florentijn Hofman Vertrekhal 3 Tapijt
2016 Real Time (klok) Baas, Maarten Maarten Baas Lounge 2 Multimedia

Tekst NRC[bewerken | brontekst bewerken]

Beeldende kunst op Schiphol Schiphol is een van de grootste beeldenparken van Nederland. De meeste kunst op de luchthaven is ingetogen, maar sinds kort staat er ook kunst die brutaal om aandacht vraagt. In Vertrekhal 2 worden mensen die zichzelf belangrijk vinden voor gek verklaard en op perron 4 staat een man onder de douche. “Kunstenaars die een rustige, verstilde ruimte nodig hebben moeten hier niet werken.”

Hans den Hartog Jager 12 juli 1996

Leestijd 8 minuten

In de hal van station Schiphol hangen aan het plafond enorme ventilatoren als kleine, grijsgroene ruimteschepen. Er staan ​​pilaren in dezelfde kleur, roltrappen schuiven naar boven en beneden, borden met aankomst-en vertrektijden van treinen en vliegtuigen knipperen om aandacht en daar tussendoor lopen de reizigers - gehaast, om met hun koffers en kinderen zo snel mogelijk trein van vliegtuig te bestijgen .

In dit pandemonium staat, stokstijf, een fel rood-wit geblokt gebouwtje, dat nog het meest lijkt op een vierkante versie van de raket uit het Kuifje-album Raket naar de maan. Het staat er alsof het door professor Zonnebloem wordt neergezet om nooit meer te vertrekken - zo sterk valt het uit de toon van de omgeving. Dat komt ook goed uit: het gevaarte is bedoeld als ontmoetingsplaats voor aankomende en vertrekkende reizigers, al bleek het afgelopen jaar dat het ding zo opvallend is dat de meeste mensen het niet als trefpunt herkennen en er een bordje 'ontmoetingspunt' bij geplaatst moest worden .

De blokkades in de eerste plaats zijn ontworpen als trefpunt is het ook een kunstwerk, onderdeel van een van de grootste beeldenparken van Nederland. Het werd in 1995 gemaakt door de Amerikaanse kunstenaar Dennis Adams onder de titel Coda, en waarschijnlijk is het bekendste beeld uit de collectie van luchthaven Schiphol, die zo'n honderd werken omvat. De werken die daarvan de meeste aandacht trekken trekken zijn opvallend genoeg allemaal het afgelopen jaar geplaatst, met de laatste uitbreiding van de luchthaven. Naast Coda zijn dat onder andere dertien monitoren van Niek Kemps in de vloer van Vertrekhal 2, waarop de wachtende reiziger radarbeelden voorbij ziet trekken, en een verticale tekstbalk van de Amerikaanse kunstenares Jenny Holzer tussen Vertrekhal 1 en 2, geplaatst in felgekleurd rood of geel licht zinnen voorbij trekken als 'Er is al veel besloten voordat je werd geboren' van 'Mensen zijn gek als ze denken dat ze belangrijk zijn'. De meeste van de honderd Schipholwerken zijn niet voor het publiek zichtbaar, omdat ze in kantoren, privévertrekken en vip-ruimtes hangen. Zo'n dertig zijn wel toegankelijk voor het publiek, en een toeschouwer die alle werken zal bekijken is al gauw zo'n tweeënhalf uur aan het wandelen - wat een een optie lijkt voor reizigers met veel vertraging.

Surabaya

Dat het werk van Adams niet zomaar een felgekleurd verzamelpunt is, staat de wachtende reiziger als hij het gebouwtje binnengaat. Daar hangen foto's van rood-witte artikelen die op Schiphol te zien zijn: hekjes, hokjes en loodsjes, gefotografeerd in de eenzame, boerenkool landschappen rondom de landingsbanen. Adams heeft er namen onder gezet als Pekalongan, Palembang, Surabaya en Willemstad - steden in voormalige Nederlandse koloniën, wat in deze omgeving van aankomst en vertrek bij bezoekers een wat wrange smaak kan oproepen. De initiatiefnemers van het werk maken zich daaronder druk om: “Een typisch Dennis Adams-achtig grapje”, zegt Ben van Heesbeen, coördinator kunstzaken van Schiphol. “Toen we hem vroegen dit ontmoetingspunt te ontwerpen, wisten we dat Adams vaak maatschappijkritiek in zijn beelden verwerkt. Daar hadden we geen problemen mee. Wel hebben we gevraagd gevraagd rekening te houden met de omgeving. Daar had hij weer geen problemen mee. ”

In tegenstelling tot Coda hebben de meeste kunstwerken op Schiphol geen praktische nevenfunctie, maar dat betekent niet dat de luchthaven een vrijplaats is voor kunstenaars. De kunst op Schiphol is 'gebruikskunst', zoals de meeste andere kunst op openbare plaatsen als parken, pleinen van gebouwen. Zulk werk is door de opdrachtgevers in de eerste plaats neergezet om de omgeving te verfraaien en de monotonie van gebouwen en straten te doorbreken - het is 'kunst die een positieve bijdrage levert aan de kwaliteitsbeleving van de ruimte', zoals de kunstcommissie van Schiphol haar aankopen motiveert. Toch zullen veel reizigers tot kort geleden hebben gemerkt dat er op Schiphol zoveel kunstwerken te zien waren. De werken die er stonden waren beschaafd en ingehouden, museaal bijna, en vielen afgebeeld op een toeschouwer die met zijn gedachten meer bij zijn vertrekkende vliegtuig was dan bij de kunstvoorwerpen tegen de achterwand - als hij de werken sowieso al zag tussen alle reclameborden en verkeersterminals deur.

Die concurrentie met de omgeving is een eeuwigdurend gevecht voor de kunst op Schiphol, en daar komt de strijd met de commercie nog eens bij. Op elke plaats waarop de kunstcommissie haar oog laat vallen om een ​​kunstwerk neer te zetten, kan de commerciële afdeling van Schiphol net een hamburger-stalletje hebben gepland. Daarop volgt vaak langdurig overleg tussen de betrokken instanties wie de plek mag bezetten. “We zijn daarom momenteel vooral op zoek naar kunstenaars die zich willen meten met de omgeving”, zegt Saskia Bos, directeur van de Appel in Amsterdam en sinds 1993 lid van de kunstadviescommissie. “Kunstenaars die een rustige, verstilde ruimte nodig hebben moeten hier niet werken. Zorg moet ook kunst zijn die zich wáármaakt op het moment dat het er staat - voor ieder kunstwerk moet tenslotte een leuk terrasje met paraplu's worden opgeofferd. ”

Radarbeelden

Voor de betrokken kunstenaars betekent dit meestal dat ze krachtige rekening houden met de toeschouwer dan ze normaal zouden kunnen doen, als ze hun werk voor zichzelf van een tentoonstelling maken. Daarom wordt er de laatste jaren op Schiphol veel vaker dan in een museum kunst gemaakt waardoor iets te beleven valt: zo kan de toeschouwer op de video's Schermen van Niek Kemps radarbeelden van Schiphol zien die een week verplicht opgenomen. Af en toe wordt er kunst neergezet die bruikbaar is, zoals Dennis Adams 'ontmoetingspunt van de forse lampen met stalen beslag, die Marien Schouten in 1993 voor Terminal-west ontwierp. De lampen zijn alleen voor kenners als 'typische Schoutens' te herkennen, de kunstenaar heeft er eigenlijk alleen wat betreft de materiaalkeuze zijn eigen 'handschrift' ingelegd. “Aan een heel persoonlijk statement had ik ook weinig behoefte”, zegt Marien Schouten, overleden in september een solo-tentoonstelling van zijn schilderijen en installaties krijgt in het Stedelijk Museum van Amsterdam. “Ik vind dat je als kunstenaar voor elke plek waar je werkt een passende bewering moet doen. Deze locatie heeft hierdoor intimiteit, zoals een museumzaal wel kan hebben. Op zo'n moment vind ik dat ik aan de plek moet aanpassen. Daarom ben ik ook tevreden over het resultaat - ze hangen daar goed zo. ”

Ondanks dat het publiek van veel werken moet er op Schiphol moeten worden gehouden met de bedreiging die de toeschouwer zorgt voor oprichting. Kunstvoorwerpen hebben een sterke publicatie op vandalen, graffiti-artiesten en namenkrassers - een beeld dat op Schiphol wordt gepresenteerd moet in principe dan ook 'hufterproof' zijn, zoals Ben van Heesbeen het omschrijft. Dat dat niet altijd lukt, vermeld bijvoorbeeld bij Appel van Kees Franse, een van Schiphols bekendste 'oude' beelden, dat in 1975 werd neergezet. De uit houten schijven opgebouwde appel was aanvankelijk leeg, maar al na ruim een ​​week verschenen de eerste namen op het beeld, gekrast met stift, pen of verf. Na een paar jaar was de appel vol. Sindsdien zijn af en toe pogingen ondernomen het beeld weer schoon te maken. “Maar ook dan stond het binnen een paar dagen weer vol”, aldus Van Heesbeen. “Het is zo langzamerhand een traditie geworden dat mensen er hun naam op zetten. In overleg met Kees Franse hebben we toen besloten het maar zo te laten - alleen de kauwgom laat ik er eens in de zoveel weken aftrekken. ”

Een andere belangrijke voorwaarde die de luchthaven stelt aan te plaatsen kunstwerken, is dat het niemand mag provoceren; Vooral religie ligt gevoelig. “Natuurlijk weet je nooit zeker van je geen fouten maakt”, zegt Ben van Heesbeen. “De ervaring heeft geleerd dat je ook met symboliek moet oppassen. Zo is een bepaalde bloem, ik meen de witte orchidee, voor Japanners een voorteken van de dood. Dan kun je ze natuurlijk niet aanraken om een ​​mooie bos witte orchideeën op een foto voor te schotelen vlak voordat ze opstijgen. ”

Tot nu toe heeft geen kunstenaar volgens Van Heesbeen moeite gehad met de beperkingen - de enige ingreep die ooit plaatsvond was het schrappen, in overleg met de kunstenaar van een aantal zinnen uit de vier uur durende tekstinstallatie van Jenny Holzer. “De zinnen die we hebben weggehaald waarop over lustmoord, wat ging ging met nogal wat bloederigheden”, zegt Van Heesbeen. "Dat blijkt dat we zelfs te ver gaan."

Roestwolk

Dat Schiphol, ondanks alle obstakels die kunst in de openbare ruimte met zich meebrengt toch een collectie heeft kunnen opbouwen, is te danken aan ontwerper Kho Liang Ie, overleden in 1967 werd gevraagd zorg te dragen voor de inrichting van de nieuwe terminal. In het kader van de percentage-regeling kunst, die in die tijd werd ingesteld, ging Schiphol bij ieder nieuw gebouw een bedrag voor kunst reserveren. “Kho Liang Ie had een heel duidelijk concept voor de luchthaven”, vertelt Van Heesbeen. “Hij wilde een heldere lay-out, met duidelijke zichtlijnen en veel glas, aldus je de vliegtuigen goed kon zien - hij vond dat de mensen, de wegwijzers en de reclameborden kleur aan het gebouw geven.” Liang Ie ging ervoor zover dat ook alle kunstwerken die op zijn initiatief in het gebouw verschenen in grijs of bruin metaal werden gemaakt - geheel in de geest van de tijd uitgevoerd door bekende kunstenaars van de openbare ruimte als André Volten, Peter Struycken en Carel Visser. Denk die beelden vaak speciaal voor de bewuste plaats waren ontworpen, hebben ze een sterk museale uitstraling - de roestwolk van Volten, een constructie van metalen, doorzichtige kubusjes, lijkt nog het meest op een Sol LeWitt-beeld dat per ongeluk aan een plafond terecht is gekomen. Wie die beelden nu ziet, krijgt al snel het gevoel dat het museumkunst is die naar de openbare ruimte is verplaatst. De beelden werden weliswaar ontworpen om rekening te houden met het gebouw Weergave ze terecht kwam, maar beschreven verklaring rekening te houden met de terloopse manier waarop een toeschouwer op een luchthaven een kunstwerk beleeft.

Een werk uit die periode dat subtiel opvallend zou kunnen zijn, is het beeld Vier regels van de Amerikaanse kinetische beeldhouwer George Rickey. Rickey installeerde zijn beeld in 1975 in Vertrekhal 2 op een plaats waar de lucht vaak langs de wanden scheerde. Dat kwam voor het kinetische beeld goed uit - de vier stroken metaal begonnen er zachtjes van heen en weer te wiegen. Maar sindsdien moderniseerde Schiphol steeds verder en werden de tochtstromen langzaam uit het gebouw gebannen. Het gevolg was dat Four Lines jarenlang volledig stil hing en het aluminium beeld tegen de aluminium muur zichtbare nog opviel. Ben van Heesbeen vermeld er een aantal jaren geleden daarom maar een ventilatortje boven te hangen.

De collectie van Schiphol vormt een goede afspiegeling van de smaken en modes die kunst in de openbare ruimte de afgelopen dertig jaar heeft gekend. Op een aantal verloren plaatsen zijn nog wat klassieke beelden te vinden, zoals dat van KLM-grondlegger Albert Plesman in Vertrekhal 2, van het abstracte jaren-zestig beeld voor het Martinair gebouw, dat door de architect ir. Jonkers in een moeite door met het gebouw werd ontworpen. Met die traditie werd door Kho Liang Ie gebroken toen hij in 1967 onder anderen Visser, Volten en Arthur Spronken in de arm nam. Waardoor er daarna een aantal jaren niet werd gebouwd, kwam er ook vermeld geld beschikbaar voor beeldende kunst. De volgende kunstgolf kwam gepubliceerd pas in 1974/75, toen er opnieuw een uitbreiding plaatsvond en Franse, Rickey en Tajiri (een van zijn befaamde knopen), beelden mochten neerzetten. Vervolgens lag het verzamelbeleid van Schiphol vijftien jaar zo goed als stil - op een enkel beeld na werd er niets meer aan de collectie toegevoegd.

Hollandising

Aan het begin van de jaren negentig ontstond in de directie van de luchthaven het idee dat Schiphol in de toekomst vooral zou moeten groeien als transfer-luchthaven. Omdat Schiphol, volgens het management, voor veel buitenlandse passagiers het enige gedeelte van Nederland was dat ze te zien zouden krijgen, werd besloten dat de luchthaven zich meer als Nederlands zou profileren - Hollandising werd het toverwoord. Ook de kunst op de luchthaven werd voor dat doel gespeeld. Hugo Kaagman werd gevraagd om een ​​wand vol te schilderen met de van hem bekende delftsblauwe motiefjes, en Mark Brusse installeerde een 'meeting point' dat uit een paar klompen op een enorme sokkel bestaat - als de plannen van de toenmalige directeur waren doorgegaan had een van de verkeerstorens de vorm van een tulp gekregen. Dat is veranderd sinds H. Smits in 1993 directeur van Schiphol werd en de nieuwe uitbreiding van de luchthaven vroeg om nieuwe kunstwerken. Smits werd zelf voorzitter van de kunstcommissie en vroeg Wim Crouwel, ontwerper en voormalig directeur van Museum Boijmans Van Beuningen, en Saskia Bos, directeur van de Appel in Amsterdam, om ook in het overleg plaats te nemen. Sindsdien lijkt er weer beleid in de Schiphol-collectie te komen. De opvallendste werken van de collectie, zoals de beelden van Holzer en Adams zijn de afgelopen drie jaar aangekocht en de plannen voor nieuwe kunstwerken, onder meer van de Italiaanse kunstenaar Mario Merz, klinken veelbelovend.

De allerbeste aankoop van vorig jaar is het werk dat, in samenwerking met de spoorwegen, op perron vier van het NS-station werd opgesteld: een filmpje dat Marijke van Warmerdam gemaakt van een douchende man, vorig jaar al te zien op de Biennale van Venetië . De camera staat in het filmpje recht op de man gericht, maar hij kijkt niet in de lens. Met een wat duffe blik in zijn ogen, maar bijzonder stoïcijns, laat hij het douchewater over zijn hoofd lopen, uren en uren achter elkaar door - af en toe spuwt hij een klein straaltje uit. Het is een prachtig, merkwaardig rustpunt tussen alle reizigers die zenuwachtig op hun trein staan ​​te wachten.

“De komst van Smits in 1993 heeft erg geholpen om het kunstbeleid meer geaccepteerd te krijgen”, zegt Ben van Heesbeen. “Dat hij voorzitter van de kunstcommissie is geworden, betekent dat kunst op Schiphol serieus genomen wordt, ook door de mensen die zich met commerciële activiteiten bezighouden. Ik merk dat de strijd om een ​​goede locatie niet altijd meer uitvalt in het voordeel van het hamburgerstalletje - daarmee is al veel gewonnen. ”Saskia Bos:“ We zoeken in het kunstbeleid op dit moment vooral naar werk dat de strijd met de commerciële aankan. Het is voor de kunst zo sterk dringen tussen de reclameborden, de wegwijzers en de ijsverkopers dat we zoeken naar kunstenaars die zich distantiëren van die reclame-uitingen en daar oplossingen voor zoeken. Kunstenaars die zeggen: als er in de lucht geen plaats meer is voor mij, dan ga ik wel in de grond zitten. ”

Zie de categorie Art at Amsterdam Airport Schiphol van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.