Naar inhoud springen

Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Winschoten (1878-1888)

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Tweede Kamerverkiezingen in het kiesdistrict Winschoten (1878-1888) geeft een overzicht van verkiezingen voor de Nederlandse Tweede Kamer in het kiesdistrict Winschoten in de periode 1878-1888.

Het kiesdistrict Winschoten was al ingesteld in 1848. De indeling van het kiesdistrict werd in 1878 gewijzigd door een aanpassing van de Kieswet. Tot het kiesdistrict behoorden vanaf dat moment de volgende gemeenten: Anloo, Bellingwolde, Borger, Gasselte, Gieten, Hoogezand, Meeden, Muntendam, Nieuwe Pekela, Onstwedde, Oude Pekela, Scheemda, Sappemeer, Veendam, Vlagtwedde, Wedde, Wildervank, Winschoten en Zuidlaren.

Het kiesdistrict Winschoten was in deze periode een meervoudig[1] kiesdistrict: het vaardigde twee leden af naar de Tweede Kamer. Om de twee jaar trad één van de leden af; er werd dan een periodieke verkiezing gehouden voor de vrijgevallen zetel. Bij algemene verkiezingen (na ontbinding van de Tweede Kamer) bracht elke kiezer twee stemmen uit. Om gekozen te worden moest een kandidaat minimaal de districtskiesdrempel behalen.[2]


Legenda

  • cursief: in de eerste verkiezingsronde geplaatst voor de tweede ronde;
  • vet: gekozen als lid van de Tweede Kamer.

26 februari 1878[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren tussentijdse verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de omzetting van het kiesdistrict Winschoten in een meervoudig kiesdistrict waardoor een tweede zetel beschikbaar kwam.[3]

26 februari 12 maart[4]
Kiesgerechtigden 2.558 2.558
Opkomst 1.341 1.609
Geldige stemmen 1.330 1.594
Blanco stemmen 3 8
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk 447 846
D. Mulder 465 748
L.G. Brock 203
D.R. Mansholt 137
B.J. Gratama 67

10 juni 1879[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

10 juni
Kiesgerechtigden 2.628
Opkomst 1.229
Geldige stemmen 1.219
Blanco stemmen 5
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk[5] 686
D. Mulder 461
A.J. Thomassen à Thuessink van der Hoop 66

14 juni 1881[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

14 juni
Kiesgerechtigden 2.749
Opkomst 723
Geldige stemmen 709
Blanco stemmen 12
Kandidaten
H. Goeman Borgesius[5] 618

12 juni 1883[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren periodieke verkiezingen; zij werden gehouden vanwege de afloop van de zittingstermijn van een gekozen lid.

12 juni
Kiesgerechtigden 2.801
Opkomst 1.060
Geldige stemmen 1.053
Blanco stemmen 6
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk[5] 693
B.J. Gratama 326

28 oktober 1884[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[6]

28 oktober
Kiesgerechtigden 2.797
Opkomst 1.149
Geldige stemmen 2.266
Blanco stemmen 32
Kiesdrempel 567
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk[5] 882
H. Goeman Borgesius[5] 859
A.F. de Savornin Lohman 241
J.G. Nederhoed 237

15 juni 1886[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[7]

15 juni
Kiesgerechtigden 2.981
Opkomst 1.521
Geldige stemmen 2.973
Blanco stemmen 43
Kiesdrempel 743
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk[5] 1.064
H. Goeman Borgesius[5] 1.030
M.A. de Savornin Lohman 397
O.Q. van Swinderen 396

1 september 1887[bewerken | brontekst bewerken]

De verkiezingen waren algemene verkiezingen; zij werden gehouden na ontbinding van de Tweede Kamer.[8]

1 september 14 september[4]
Kiesgerechtigden 2.923 2.923
Opkomst 1.294 n.b.
Geldige stemmen 2.568 1.110
Blanco stemmen 16 n.b.
Kiesdrempel 642 555
Kandidaten
H. Goeman Borgesius[5] 863
H.L. Drucker 475 606
A. Winkler Prins 329 504
O.Q. van Swinderen 299
J.G. Nederhoed 285
J.H. Smidt 224

3 oktober 1887[bewerken | brontekst bewerken]

Hendrik Drucker, gekozen bij de verkiezingen van 1 september 1887, nam zijn benoeming niet aan. Om in de ontstane vacature te voorzien werd een naverkiezing gehouden.

3 oktober
Kiesgerechtigden 2.923
Opkomst 1.024
Geldige stemmen 1.018
Blanco stemmen 6
Kandidaten
J.W.J. de Vos van Steenwijk[5] 547
A. Winkler Prins 303
J.M. Smit 90
O.Q. van Swinderen 67

Voortzetting[bewerken | brontekst bewerken]

Na de grondwetsherziening van 1887 werden de meervoudige kiesdistricten opgeheven; het kiesdistrict Winschoten werd derhalve omgezet in een enkelvoudig kiesdistrict.[1] De gemeenten Anloo, Borger, Gasselte, Gieten, Wildervank en Zuidlaren werden toegevoegd aan het al bestaande kiesdistrict Assen, de gemeente Hoogezand aan het eveneens al bestaande kiesdistrict Groningen en de gemeenten Meeden, Muntendam, Nieuwe Pekela, Onstwedde, Oude Pekela, Sappemeer, Veendam en Vlagtwedde aan het nieuw ingestelde kiesdistrict Veendam. Een gedeelte van het kiesdistrict Appingedam (de gemeenten Beerta, Finsterwolde, Midwolda, Nieuweschans, Nieuwolda, Noordbroek, Termunten en Zuidbroek) werd toegevoegd aan het kiesdistrict Winschoten.

Zie ook[bewerken | brontekst bewerken]