Additieve kleurmenging

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie

Additieve kleurmenging ontstaat door menging van licht van verschillende kleuren. Door de menging kan een andere kleur ontstaan. Wanneer de drie lichtbronnen met de primaire kleuren rood (R), groen (G) en blauw (B) samenvallen, ontstaat in principe wit (in de praktijk moet de lichtsterkte goed op elkaar zijn afgestemd omdat anders een kleurzweem ontstaat). Additieve kleurmenging wordt onder andere gebruikt bij beeldschermen, waarbij elk van de drie lichtbronnen gevormd wordt door een enkel lichtpunt, een pixel. Voor het oog vallen de bronnen dan samen.

De term additief komt van optellen, wat bij deze vorm van kleurmenging gebeurt. We beginnen zonder licht (zwart), en tellen daar licht met bepaalde kleuren bij op. Dit in tegenstelling tot subtractieve kleurmenging waarbij een of meer kleuren uit het opvallende licht geabsorbeerd worden.

RGB-kleursysteem[bewerken | brontekst bewerken]

De afkortingen voor de primaire kleuren (R, G en B) bij deze vorm van kleurmenging geven het bijbehorende systeem de naam RGB-kleursysteem.

Mengschema[bewerken | brontekst bewerken]

Mengschema additieve kleurmenging
Mengschema additieve kleurmenging

Primaire additieve kleuren[bewerken | brontekst bewerken]

 Rood
 Groen
 Blauw

Secundaire additieve kleuren[bewerken | brontekst bewerken]

 Rood + groen = geel
 Rood + blauw = magenta
 Groen + blauw = cyaan